Dit composietmateriaal is gemaakt van biobased bouwstenen en glasvezels. Ook kan het worden gerecycled nadat het zijn nuttige levensduur heeft bereikt, iets dat de huidige composieten, zoals epoxy, niet kunnen. Door het bij hoge temperaturen smelten van de nieuwe hars wordt deze weer vloeibaar. Hierdoor kan men de vezels uitfilteren, de beide componenten weer scheiden en omvormen tot nieuwe producten.
Procesomschrijving
Bij Wageningen University & Research optimaliseren we het proces en samenstelling om in biobased plastics met de gewenste eigenschappen te ontwikkelen. De bouwstenen van dit materiaal kunnen uit zetmeelrestromen (component A) en uit plantaardige olieresten (component B) worden gemaakt via milde chemische conversieprocessen. Na het mengen van component A en B is er een bepaalde verwerkingstijd bij kamertemperatuur nodig om deze componenten te mixen en uit te laten harden. Composiet materiaal, d.w.z. de hars met de vezels, worden vervaardigd via gebruikelijke technieken zoals harstransfergieten (RTM) en vacuüminfusie. Van deze materialen kunnen vloeren, wandpanelen, ramen, leidingwerk of houtversterkingen gemaakt worden.
De volgende stap
Een volgende stap is het opschalen van dit type hars door een harsproducent. Vervolgens kunnen we de industrieel relevante eigenschappen van deze composieten onderzoeken en doorgaan met het testen ervan in commerciële producten.